Een undercoveragent: het klinkt als een beroep dat zich alleen in films en series afspeelt. Samen met je collega van de politie of zelfs als ‘gewone burger’ een nieuwe identiteit aannemen. Je legt contacten en probeert binnen te dringen in een criminele organisatie. Vrienden worden van een criminele verdachte om zo een groot drugsnetwerk op te rollen. Je vraagt je bijna af of zoiets daadwerkelijk gebeurt.
Infiltratie
Het gebruikmaken van een burgerinfiltrant, ofwel infiltratie, is een buitengewone opsporingsbevoegdheden waarbij de infiltrant probeert deel te nemen aan een groep criminelen die verdacht worden van een ernstig misdrijf. Van het inwinnen van informatie en pseudokoop tot het bevoegd plegen van strafbare feiten: de infiltrant heeft vergaande bevoegdheden.1
Zoals Teun in zijn eerder stuk ‘Boeven vangen: koste wat het koste?’ beschreef, heeft het inzetten van een burgerinfiltrant lang onder vuur gelegen. Het was een ingezet opsporingsmiddel wat in de jaren ’90 voor meer kwaad dan goed heeft gezorgd. Naar aanleiding daarvan besloot de Tweede kamer een verbod in te stellen op het gebruik van burgerinfiltratie als opsporingsmiddel, maar in 2014 wordt dit verbod weer opgeheven. Waarom de keuze voor het opheffen? Criminele organisaties waren met de jaren steeds geslotener geworden en traditionele opsporingsmiddelen bereikten hun doel niet altijd meer. Het omstreden opsporingsmiddel werd weer toegestaan, maar alleen in uitzonderingsgevallen én onder de strikte voorwaarde dat er geen andere opsporingsmethode mogelijk moest zijn.2
A-4110
In januari 2018 is het zover. Burgerinfiltrant A-4110, maakt zijn eerste stappen in de weg naar het binnendringen van een criminele organisatie. De politie vermoedt dat Justin S. zich bezighoudt met de illegale handel in drugs en dat hij betrokken is bij een zijtak van de Hells Angels. A-4110 was zelf jarenlang crimineel, maar koos uiteindelijk voor de kant van de politie. Zijn criminele verleden geeft hem een mooie ingang om binnen te dringen in het criminele milieu.
Op een dag komt de burgerinfiltrant crimineel Justin S. tegen in een wijk in Leeuwarden. Ze zijn oude bekenden van elkaar. “Houd je je nog bezig met ‘zaken’?”, vragen ze elkaar. Ze wisselen nummers uit en A-4110 slaat het nummer van Justin S. op in zijn telefoon.3
Langzaam mengt de burgerinfiltrant zich in de omgeving van de verdachte. Om het vertrouwen te wekken worden daadwerkelijk drugs aangeschaft. Het gaat om 40 kilo amfetamine (speed). Na verloop van tijd weet de infiltrant zelf wat drugsverkoop op gang te zetten, door te bluffen over een zogenaamde ‘goede verkoper’, wat in werkelijkheid ook een undercoveragent is.4
Vidar
Vanaf dat moment start het traject ‘Vidar’ dat ruim twee jaar duurt. Doordat de burgerinfiltrant het vertrouwen had gewekt en zogenaamd geïnteresseerd was in de koop en verkoop van drugs, wordt er door de mannen onderling gesproken over meerdere smokkelacties. A-4110 raadt de criminelen de ene na de andere ‘goede verkoper aan’. Stuk voor stuk zijn het undercoveragenten. De band tussen beide heren is goed en in de maanden die volgen verzamelen ze steeds meer informatie en namen van medeverdachten.
Na ruim twee jaar, in maart 2022, loopt het onderzoek ten einde. Op de zogenoemde ‘klapdag’ worden vijf vuurwapens, pepperspray, ruim 300 wietplanten én 86 kilo amfetamine gevonden. Ook legt de politie beslag op meerdere huizen, auto’s en dure horloges. Bedragen van de gevonden drugs en de in beslag genomen goederen lopen samen al snel op tot meer dan één miljoen euro.5
Rechtszaak
Uiteindelijk stonden twintig verdachten tussen de 25 en 73 jaar terecht. Tegen veertien personen eiste het OM een celstraf. Uiteindelijk zijn er dertien veroordeeld tot celstraffen van maximaal zeven jaar. Twee mannen zijn veroordeeld tot een taakstraf en vijf zijn er vrijgesproken.
De inzet van deze burgerinfiltrant zorgt voor veel media-aandacht. Temidden van alle commotie was vooral het uurloon van A-4110 een discussiepunt. In totaal verdiende de burgerinfiltrant een bedrag van bijna honderdduizend euro. Het uurloon startte op vijftig euro per uur en liep op tot zeventig euro per uur.6 Volgens berichten uit de media een enorm bedrag voor een opsporingsmiddel dat tot een jaar terug nog verboden was. Is zoveel geld hiervoor betalen de moeite waard? En was de keuze om een infiltrant in te zetten eigenlijk wel gerechtvaardigd?
Wettelijke basis
Het was aan de rechtbank om te toetsen of in deze zaak was voldaan aan de benodigde voorwaarden voor het inzetten van een burgerinfiltrant. De rechtbank stelde dat zo’n undercoveragent alleen onder strikte voorwaarden en in uitzonderingsgevallen ingezet mag worden. Of dit zo was, beslisten zij aan de hand van de aanwijzing uit 2014 om het verbod op te heffen.7 En zij behandelden de aspecten van proportionaliteit en subsidiariteit.
Volgens de rechtbank ging de infiltrant relatief mild te werk. De infiltratie was beperkt en A-4110 had voornamelijk een faciliterende en ondersteunende rol. Hij fungeerde als tussenpersoon en nam zelf geen belangrijke beslissingen. Daarmee concludeerde de rechtbank dat er een goede verhouding was tussen het doel (het infiltreren binnen de groep) en het ingezette middel (de infiltrant).
Daarnaast besloot de rechtbank dat het inzetten van A-4110 de beste manier was om binnen deze groep te komen. Een andere manier had nooit hetzelfde resultaat kunnen opleveren. Bovendien waren lichtere manieren al geprobeerd, maar deze hadden niets opgeleverd.
Wel ontbrak het volgens de rechtbank aan verplichte toestemmingen. Dat was niet goed verlopen. Maar, dit stond het rechtvaardig inzetten van de infiltrant niet in de weg.
Aan de overige gestelde voorwaarden werd ook voldoen. Het ging om een hoog uitzonderingsgeval. Er waren strikte voorwaarden om de inzet te waarborgen. En de groep criminelen schermde zich dusdanig af dat infiltratie de enige methode was.8
Succesvolle inzet
Waar het twintig jaar geleden tijden de IRT-affaire misging door het missen van structuur, integriteit en rechtmatigheid, zien we door deze inzet dat het wel goed kan verlopen. Juist doordat de inzet werd omgeven met strikte voorwaarden verliep het goed. Je goed aan de (ongeschreven) regels houden, lijkt hier dé manier om het werk correct te laten verlopen. Zo wordt iets waarvan je dacht dat het alleen in series gebeurde tóch werkelijkheid. Als undercover boeven vangen kan dus zeker.
Amarins Riemersma