De minister van Justitie en Veiligheid Franc Weerwind maakt zich sterk om buitenlandse adoptie wederom mogelijk te maken voor wensouders. Verscheidene mensenrechtenorganisaties en kinderenorganisaties zijn ontstemd door dit voornemen van de minister. Deze organisaties zijn van mening dat het belang van het kind achtergesteld wordt. De ratio achter het voornemen van de minister is dat wensouders niet “uit te sluiten zijn”.1
De minister wil adoptie uit het buitenland alleen mogelijk maken als er in het land van herkomst van het kind geen geschikte leefomgeving is en dus geen enkele andere mogelijkheid is. Het voornemen is om vanuit de overheid strenger toe te zien op de naleving hiervan. De laatste jaren is er een dalende trend te zien in het aantal adopties vanuit het buitenland. Minister Weerwind denkt dan ook dat dit op een natuurlijke wijze zal afnemen de komende jaren. Tegenwoordig is het mogelijk om uit zes landen te adopteren: Hongarije, Lesotho, de Verenigde Staten, Taiwan, Fillipijnen, Zuid-Afrika.2
Tegenstanders adoptie
Momenteel is het in Nederland niet mogelijk om een kind uit het buitenland te adopteren, behalve als men al toestemming hiervoor heeft gekregen. Als er een aanvraag is gedaan en de adoptieouders hebben beginseltoestemming, dan kan het proces voortgezet worden. Als deze beginseltoestemming ontbreekt, dan kan er geen adoptie plaatsvinden.
Hier gaat dus waarschijnlijk verandering in komen. Franc Weerwind is voorstander van interlandelijke adoptie. Echter, zijn er ook tegenstanders. Verscheidene kinderrechtenorganisaties zijn het er niet mee eens, zij vinden dat het lijden van buitenlandse kinderen niet opweegt tegen dat wensen van adopotieouders. Kinderen die geadopteerd zijn krijgen vaak mentale klachten omdat er geen duidelijkheid bestaat over hun afstamming, blijkt uit onderzoek van het CBS. Dit willen de kinderrechtenorganisaties graag voorkomen.3
Ernstige misstanden
Weerwind is zich wel bewust van de gevaren en erkend dat mistoestanden niet volledig uit te sluiten zijn. Adoptie is wel een drijfveer voor kinderhandel en gedwongen afstaan van kinderen. Een woordvoerder van de Justitie maakt echter duidelijk dat de belangen van het kind centraal staan binnen interlandelijke adoptie.
In 2021 heeft de Commissie Onderzoek Interlandelijke adoptie nog geadviseerd te stoppen vanwege “ernstige misstanden”. Deze misstanden zouden nog steeds niet duidelijk in kaart zijn gebracht en verholpen. In het rapport worden adopties tussen 1967 en 1998 uit een aantal Aziatische en Zuid-Amerikaanse landen geanalyseerd. In het rapport komt naar voren dat adoptie gepaard gaat met kinderdiefstal, kinderhandel, corruptie, diefstal van documentatie, niet-ethisch handelen van overheidsorganen en het onder leugenachtige voorwaarden vervoeren van adoptiekinderen naar Nederland.4 Het volledig stilleggen van interlandelijke adoptie kan deze problemen verminderen of ze in ieder geval minder stimuleren. Het huidige kabinet gaat dus tegen het advies van de Commissie in.
Toch zegt minister Weerwind dat adoptie van kinderen uit het buitenland uiteindelijk overbodig moet worden. Het is de bedoeling dat de landen waaruit adoptie weer mogelijk is zelf geschikte opvang geven aan kinderen die in een kansarme positie zijn terecht gekomen. Echter, wordt hier geen termijn aan vast gesteld.5
Een ander argument om te stoppen met interlandelijke adoptie is het feit dat er veel behoefte is in Nederland aan kinderen die een pleeggezin nodig hebben. Het NRC schreef in 2019 nog dat er in Nederland ruim 250 kinderen op de wachtlijst staan en dat er in totaal in 2018 22.741 pleegkinderen zijn opgevangen door 16.500 pleeggezinnen.6
Het is dus zo dat de pleegzorg onder druk staat. Het komt ook nog eens vaak voor dat kinderen ver van hun huidige leefsituatie belanden, waardoor ze van school en sportclub moeten wisselen en al hun vrienden als het ware kwijt raken. Dit probleem zou eventueel verminderd kunnen worden door een stop op interlandelijke adoptie. Dit stimuleert wellicht mensen die in eerste instantie een kind uit het buitenland willen adopteren, om toch te gaan denken aan het adopteren van een pleegkind.7
Het adopteren van kinderen uit het buitenland heeft zowel voor- als tegenargumenten. Het helpen van een kansarm kind uit een precaire situatie is natuurlijk een groot voordeel van interlandelijke adoptie. Daarnaast groeien kinderen geadopteerd uit Aziatische, Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse landen vaker op in een veilige leefomgeving.
Echter, interlandelijke adoptie stimuleert wel mensenhandel, corruptie, kinderroof en andere ernstige criminele daden. De vraag die je daarbij kan stellen is of je dit wel wilt stimuleren, want direct of indirect is dit wel de harde realiteit van interlandelijke adoptie. Daarnaast zitten we in Nederland ook met het probleem van wachtlijsten voor pleegkinderen. Interlandelijke adoptie zal er alleen maar voor zorgen dat deze wachtlijsten langer worden. Aangezien mensen die een kind uit het buitenland willen adopteren niet meer zullen kijken naar het alternatief voor interlandelijke adoptie, namelijk binnenlandse adoptie. Dit zal dan ten koste gaan van kinderen in Nederland.
Bas van Houttum