Nucleaire wapens blijven een grote dreiging voor de wereld

Waarom hebben we kernwapens en komen we er óóit vanaf?

Lees verder

Het bezit en gebruik van kernwapens is nog steeds een acute dreiging voor de gehele wereld. Een oorlog met het gebruik van nucleaire wapens zal desastreuze gevolgen hebben: het zal zelfs al het leven op aarde kunnen uitroeien! Dit artikel gaat in op de vraag hoe het mogelijk is dat het aantal kernwapens zo heeft kunnen groeien. Bovendien lees je hier hoe staten door middel van verdragen het aantal kernwapens willen afbouwen. Daarbij wordt aandacht besteed aan de politieke complexiteit van dit voornemen.

Kernwapens genoeg om het leven op aarde te verwoesten
Het is even geleden dat de wereld in spanning afwachtte hoe de twee grootmachten – VS en de Sovjet-Unie – zouden handelen tijdens de constante dreiging met kernwapens. Aan de nucleaire dreigingen van de Koude Oorlog kwam in 1991 een einde. De retoriek van de Koude Oorlog is anno 2017 echter weer terug te vinden in politieke spanningen tussen de VS en Noord-Korea.1 De verhoogde spanningen doet de vraag opnieuw rijzen: hoe is het gesteld met het aantal kernwapens in de wereld?
RTL Nieuws meldt dat er anno 2020 ruim 13.000 kernwapens zijn.2 Dat is aanzienlijk minder dan tijdens de Koude Oorlog, toen de wereld nog 70.000 kernwapens telde. Hoewel de daling flink is, blijft de aanwezigheid van 13.000 kernwapens meer dan voldoende om al het leven op de aarde in een oogwenk te vernietigen.3 Zeker gelet op het feit dat de wapens die thans bestaan duizend keer krachtiger zijn dan de bommen die op Hiroshima en Nagasaki zijn gegooid. Daar vielen destijds zeker een kwart miljoen doden.4 In figuur 1 is te zien welke landen kernwapens bezitten en in welke hoeveelheden.

Figuur 1: Bron RTL Nieuws

Deze cijfers zijn zorgwekkend; daar denken veel staten hetzelfde over. Wereldwijd worden verdragen aangegaan om het aantal kernwapens af te bouwen. De Verenigde Naties (hierna: VN) probeerde in 1946 al om het aantal kernwapens in de wereld naar nul terug te brengen. Dat is klaarblijkelijk niet gelukt. Maar wat is dan de stand van zaken rondom het afbouwen van het aantal kernwapens? Waarom blijkt het zo lastig om deze verdragen uit te voeren? Zijn we al dicht bij een mondiale oplossing? Dit artikel gaat in op de complexe problematiek omtrent kernwapens, de meest veelbelovende verdragen die zijn aangegaan en de problemen waar staten tegenaan lopen bij de uitvoering hiervan.5

‘Hoewel de daling flink is blijft 13.000 kernwapens meer dan voldoende om al het leven op de aarde in een oogwenk te vernietigen’

Terug naar het begin: probleem rondom kernwapens is complex
Na de desastreuze gevolgen in Hiroshima en Nagasaki tijdens de Tweede Wereldoorlog was de Amerikaanse natuurkundige Robert Oppenheimer geschokt. Hij werd ‘de vader van de atoombom’ genoemd vanwege zijn bijdrage in de ontwikkeling van kernwapens. Oppenheimer en anderen stelde voor dat het gezag over de nucleaire wapens moest worden overgedragen aan een internationaal agentschap om een volgend conflict te voorkomen. Als gevolg van deze suggestie ging de Amerikaanse vertegenwoordiger Bernard Baruch naar de eerste zitting van de Commissie voor Atoomenergie. Hij kwam daar met een radicaal plan, dat later de boeken inging als ‘Plan-Baruch’. Het plan behelsde– kortgezegd – het atoommonopolie van de Verenigde Staten over te hevelen naar een nog op te richting VN-autoriteit. Na de Tweede Wereldoorlog was het sentiment ontstaan dat kernwapens nodig waren als verdedigingsmechanismen: kernwapens werden een afschrikkingsmiddel. Baruch zei over die filosofie: ‘Angst is niet genoeg om het gebruik van de atoombom te verhinderen. De angst die door wapens wordt veroorzaakt heeft de mens er nooit van weerhouden om ze in dienst te nemen. Voor elk nieuw wapen is tussentijds een verdediging geproduceerd’.6

Plan-Baruch ging de mist in
Ondanks de goede intenties om de proliferatie (= verspreiding) van kernwapens tegen te gaan ontstond een Koude Oorlog waarin het aantal kernwapens in de wereld met ongekende snelheid toenam. Waarom mislukte Plan-Baruch? In het zeer lezenswaardige artikel ‘Revisiting the Baruch Plan’ legt Mary Robinson, voorzitter van The Elders, Independent Global Leaders Working Together for Peace, Justice and Human Rights (opgericht door Nelson Mandela in 2007), uit dat een belangrijke aanleiding voor het mislukken was dat de voormalige Sovjet-Unie in 1949 openlijk nucleaire wapens ging testen, waarop Groot-Britanië, Frankrijk en China snel volgden.7 Toen was, zogezegd, de nucleaire geest uit de fles: door deze acties is het concept van nucleaire afschrikking ontstaan.8 Mary Robinson stelt terecht dat dit concept – hoewel functioneel – een prijs met zich meebrengt. Naast het feit dat duizenden onnodige bommen ontwikkeld werden, ontstond ook wereldwijd het idee dat het bezit van kernwapens nationale grootsheid uitstraalde.9
Een andere oorzaak voor de mislukking van Plan-Baruch is dat de VN onvoldoende macht heeft om (eventueel militaire) sancties op te leggen of nucleaire activiteiten te superviseren.10

‘Naast het feit dat duizenden onnodige bommen ontwikkeld werden, ontstond ook wereldwijd het idee dat het bezit van kernwapens nationale grootsheid uitstraalde’

Na het mislukte Plan-Baruch: biedt het Non-Proliferatieverdrag (1970) soelaas?
In 1970 trad het Non-Proliferatieverdrag (hierna: NPV) in werking. Dit verdrag richt zich op drie pijlers: ontwapening, non-proliferatie en het recht op vreedzaam gebruik van het atoom.11
Ook dit verdrag is helaas onderhevig aan structurele problemen. In de NPV zijn namelijk vijf staten aangewezen die legaal nucleaire wapens mogen bezitten, en alle andere staten niet.12 Er zijn 190 staten aangesloten bij het NPV.13 Israël, Pakistan, India en Noord-Korea zijn echter niet aangesloten bij het NPV. Dit zijn alle vier tóch kernwapenstaten. Het feit dat deze kernwapenstaten niet aangesloten zijn en slechts vijf andere staten legaal kernwapens mogen bezitten is een probleem. Een uitzonderlijke positie voor vijf staten wordt als onevenwichtig beschouwd. Bovendien hebben deze staten volgens Dekkers hun uitzonderlijke positie gekoesterd en bestendigd, en te weinig werk gemaakt van de ontwapeningsverplichting van het NPV.14

Anti-kernwapenverdrag (1970) stap voorwaarts?
Op 7 juli 2017 is de wettekst van het Verdrag inzake het verbod op kernwapens (hierna: anti-kernwapenverdrag) aangenomen.15 Het verdrag treedt pas in werking negentig dagen nadat de vijftigste staat tot het verdrag is toegetreden.16 De toetreding van de vijftigste staat is op 25 oktober 2020 gebeurd.17 Het anti-kernwapenverdrag gaat verder dan het NPV doordat het gebruik, ontwikkeling en opslag van kernwapens volledig verbiedt.18 Maar heeft dit verdrag wel zin, nu vooralsnog slechts vijftig staten zijn toegetreden?
Eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het anti-kernwapenverdrag nauwelijks een mondiale oplossing bewerkstelligt. Toch stelt Dekkers in zijn beschouwing dat ‘het anti-kernwapenverdrag juridisch weliswaar bescheiden te noemen is, maar dat de politieke betekenis van het verdrag niet moet worden onderschat’.19 Zo zou de politieke druk op staten door ‘naming and shaming’ toenemen naarmate meer staten toetreden aan het verdrag. Indien meer staten toetreden wordt immers het morele ongemak groter. Bovendien wordt dat het niet-toetreden lastiger te rechtvaardigen. Dan zouden staten namelijk de indruk kunnen wekken dat zij niet een kernwapenvrije wereld nastreven.20

Ondanks eventueel ongemak of politieke druk is Nederland – samen met de meeste Europese NAVO landen – tot op heden niet toegetreden tot het anti-kernwapenverdrag. Wel was Nederland als enige NAVO-land aanwezig bij de onderhandelingen.21 Koenders geeft in een kamerbrief aan de Eerste Kamer aan dat ‘Nederland streeft naar een wereld zonder kernwapens’.22 Maar waarom treedt zij dan vervolgens niet toe tot het anti-kernwapenverdrag?
Volgens Koenders was het onmogelijk om brede steun te vinden in de inhoudelijke uitgangspunten van Nederland.23 In het kort zijn volgens hem de volgende daarvoor doorslaggevend: de bepalingen van het anti-kernwapenverdrag zouden niet goed doordacht zijn omdat zij haaks staan op de tekst van het NPV.24 Bovendien zou het kernwapenverbod ‘in nagenoeg alle aspecten niet verifieerbaar zijn’ en zou de effectiviteit van het verbod worden beperkt doordat het verdrag niet van toepassing zal zijn op kernwapenbezittende landen.25 Het meest opmerkelijke argument van Koenders is dat het anti-kernwapenverdrag indruist tegen de NAVO-doctrine, die het gebruik van kernwapens in extreme omstandigheden erkent en het gebruik van kernwapens legitimeert voor nucleaire afschrikking.26 Dit argument schuurt mijns inziens met zijn eerdere opmerking dat Nederland streeft naar een kernwapenvrije wereld. Hoe zou een dergelijk streven immers haalbaar zijn indien Nederland bij een totaalverbod op kernwapens constant zou wijzen naar de NAVO-doctrine?

Conclusie: komen we ooit bij ‘Global Zero’?
Theoretisch zijn meerdere oplossingen mogelijk, maar vanuit (geo)politiek perspectief blijkt een Global Zero van kernwapens uiterst gecompliceerd. De wereld lijkt nog niet klaar te zijn voor een definitieve oplossing voor dit probleem.1 De recente (mislukte) onderhandelingen tussen de VS en Rusland hebben eveneens weinig schot in de zaak gebracht.2
De kern van het probleem zit in het gesimplificeerde dilemma ‘als jij springt, spring ik ook’. Iedere grootmacht zal bang zijn dat de andere grootmachten niet mee springen. Springen in dit dilemma is het terugbrengen van het aantal kernwapens die staten in hun bezit hebben. Indien de andere grootmachten ‘niet mee springen’ zal degene die wel springt zich militair kwetsbaar maken en zijn status als grootmacht snel verliezen. De staten hebben immers geen adequate middelen om sancties op te leggen als de ander – tegen de afspraken in – niet springt.3
Er zullen wegen bewandeld moeten worden waarin staten stapje voor stapje hun kernwapenbezit naar beneden brengen. Daarbij moeten de staten ook van elkaar kunnen controleren of de andere staten hetzelfde doen. Alleen op deze manier zullen de grootmachten bereid zijn hun kernwapens af te bouwen. Het feit dat tientallen verdragen zijn aangegaan om het aantal kernwapens af te bouwen laat in ieder geval zien dat er in principe mondiale bereidheid bestaat. Maar voldoende is dat niet. Want laten we eerlijk zijn: niemand plukt de vruchten van een verwoeste wereld. De uitdaging is het zoeken naar de juiste weg tot Global Zero.

‘Theoretisch zijn meerdere oplossingen mogelijk, maar vanuit (geo)politiek perspectief blijkt een Global Zero van kernwapens uiterst gecompliceerd. De wereld lijkt nog niet klaar te zijn voor een mondiale definitieve oplossing voor dit probleem.’

Marijn Geurts

Voetnoten

1. P. Baker & C. Sang-Hun, ‘Trump Threatens ‘Fire and Fury’ Against North Korea if It Endangers U.S.’, New York Times 2017; Trump schept zelfs op over de grootte van zijn nucleaire knop op Twitter: https://twitter.com/realDonaldTrump/status/948355557022420992.

2. RTL Nieuws, ‘75 jaar na de aanval op Nagasaki: hoeveel kernwapens zijn er nog?’, 9 augustus 2020.

3. Vgl. G.R. Den Dekker, ‘Het anti-kernwapenverdrag: Doorbraak of symboolpolitiek?’, Ministerie van Defensie, te raadplegen op www.rijksoverheid.nl, p. 11.

4. J. de Greef, ‘De verwoesting van Hiroshima en Nagasaki, vrtNWS, 9 augustus 2017.

5. Daarbij laat ik kortheidshalve veel verdragen achterwege die van geringere betekenis zijn voor het mondiale probleem.

6. Robinson 2004, Nature, p. 441; Laat je leven niet regeren door angst.

7. History redactie, ‘The United States presents the Baruch Plan’, History te raadplegen op www.history.com (laatst geüpdated op 12 juni 2020).

8. Vgl. G.R. Den Dekker, ‘Het anti-kernwapenverdrag: Doorbraak of symboolpolitiek?’, Ministerie van Defensie 2018, te raadplegen op www.rijksoverheid.nl, p. 11; Vgl. B.Tertrais,‘In Defense of Deterrence: The Relevance, Morality and Cost-Effectiveness of Nuclear Weapons’, Proliferation Papers 2011, no. 39, p. 9-12.

9. Robinson 2004, Nature, p. 441.

10. Robinson 2004, Nature, p. 441.

11. Treaty on the Non-Proliferation of Nuclear Weapons (NPT), te raadplegen op: www.un.org (laatst geraadpleegd op 19 december 2020).

12. De Verenigde Staten (VS), Sovjet-Unie, Verenigd Koninkrijk (VK), Volksrepubliek China (China) en Frankrijk zijn staten waarvoor kernwapenbezit legaal is.

13. Rijksoverheid, ‘Verdragen tegen massavernietigingswapens’, te raadplegen op www.rijksoverheid.nl (laatst geraadpleegd op 22 december 2020).

14. G.R. Den Dekker, ‘Het anti-kernwapenverdrag: Doorbraak of symboolpolitiek?’, Ministerie van Defensie 2018, te raadplegen op www.rijksoverheid.nl, p. 11.

15. Treaty on the Prohibition of Nuclear Weapons, New York, 7 juli 2017, UNTC XXVI, te raadplegen op: www.treaties.un.org.

16. Art. 15 lid 1 anti-kernwapenverdrag.

17. NOS Nieuws, ‘Kernwapenverbod VN treedt in werking, Nederland doet niet mee’, 25 oktober 2020; Het Parool, ‘Kernwapenverbod in werking na bekrachtiging VN-verdrag’, 25 oktober 2020.

18. Art. 1 lid 1 sub a anti-kernwapenverdrag; Art. 1 aanhef spreekt van “never under any circumstances”.

19. G. R. Den Dekker, ‘Het anti-kernwapenverdrag: Doorbraak of symboolpolitiek?’, Ministerie van Defensie, te raadplegen op www.rijksoverheid.nl, p. 14.

20. G. R. Den Dekker, ‘Het anti-kernwapenverdrag: Doorbraak of symboolpolitiek?’, Ministerie van Defensie, te raadplegen op www.rijksoverheid.nl, p. 13.

21. Kamerstukken II 2017/18, 33783/19 (Kamerbrief Minister van Buitenlandse Zaken).

22. Kamerstukken II 2017/18, 33783/19 (Kamerbrief Minister van Buitenlandse Zaken), p. 1.

23. Kamerstukken II 2017/18, 33783/19 (Kamerbrief Minister van Buitenlandse Zaken), p. 2.

24. Kamerstukken II 2017/18, 33783/19 (Kamerbrief Minister van Buitenlandse Zaken), p. 2.

25. Kamerstukken II 2017/18, 33783/19 (Kamerbrief Minister van Buitenlandse Zaken), p. 3.

26. Kamerstukken II 2017/18, 33783/19 (Kamerbrief Minister van Buitenlandse Zaken), p. 3.

27. Vgl. Robinson 2004, Nature, p. 441.

28. B. Lanting, ‘VS en Rusland beëindigen kernwapenoverleg na één dag’, de Volkskrant 22 juni 2020.

29. Het Internationaal Gerechtshof (hierna: IGH) heeft geen bevoegdheden om geschillen omtrent kernwapens te beslechten. Dat komt omdat er staten zijn die de verplichte rechtsmacht van het IGH niet accepteren (vgl. www.icj-cij.org/en/declarations/gb). Daarnaast heeft het IGH in een geschil omtrent kernwapens de preliminaire verweren van VK, India en Pakistan gehonoreerd waarin werd gesteld dat het IGH geen rechtsmacht had in dergelijk geschillen (ICJ Rep. 2016, p.255, p.552 en p.833).

Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Facebook

LinkedIn

Contact

Verstuur

Aanmelden

Meld aan