Woordvoerder Alexander Pechtold:

ga stemmen!

Lees verder

Daan Bonenkamp is woordvoerder van en speechschrijver voor D66-fractievoorzitter Alexander Pechtold. De eerste achttien jaar van zijn leven bracht hij door in Hengelo. Na het afronden van het Gymnasium vertrok hij naar Groningen om Geschiedenis en Journalistiek te studeren. In zijn jaren als Groningse student liep hij eerst stage op de redactie van De Telegraaf in Amsterdam en daarna bij de afdeling persvoorlichting van de Tweede Kamerfractie van D66. Lees in dit interview over de ins- en outs van een verkiezingscampagne en het werken in de schaduw van Alexander Pechtold (hierna: Alexander).

Hoe ben je bij D66 terechtgekomen?
Na mijn stage bij De Telegraaf ben ik daar een aantal maanden blijven hangen als freelance-journalist op de economie- en de buitenlandredactie. Daarna ben ik begonnen aan mijn stage bij D66. Aan het eind van die stage had ik de week van mijn leven. Ik kreeg toen in één week, twee banen aangeboden. Eén bij De Telegraaf en één bij de D66-fractie. Ik realiseerde me heel goed dat dat een echte luxepositie was. De banen liggen niet voor het oprapen voor mensen met een journalistiekopleiding. Na het schrijven van mijn masterscriptie ben ik in de zomer van 2009 fulltime begonnen als persvoorlichter bij D66.

Wat voor werk doe je eigenlijk?
Mijn werkzaamheden vallen uiteen in drie onderdelen. Het eerste deel is mijn functie als voorlichter en woordvoerder. Dit houdt in dat ik dag-in dag-uit met media communiceer over wat D66 vindt. Dat is het reactieve deel. En dat gaat écht over alle onderwerpen die je kunt verzinnen. En over alle media, van kranten als het AD of het Dagblad van het Noorden tot bladen als de Margriet of het vakblad voor accountants. Dan heb je ook nog een proactief deel. Als wij zelf plannen bedenken, proberen we die onder de aandacht te brengen via verschillende media. Verder ben ik de hele dag beschikbaar voor journalisten om uitleg te geven over allerlei zaken die spelen bij de fractie en in de Tweede Kamer.

Het tweede onderdeel van mijn functie is het speechschrijven. Dat doe ik uiteraard samen met Alexander. Het gaat dan voornamelijk over grote speeches zoals bij de Algemene Politieke Beschouwingen en bijvoorbeeld het onlangs gehouden D66-Jubileumcongres. Speechschrijven doe ik natuurlijk niet alleen, maar samen met anderen. Ik ben wel eindverantwoordelijk. Naast speeches schrijf ik ook opiniestukken en columns met Alexander. Dit doet hij uiteraard ook veel zelf, maar als hij niet genoeg tijd heeft om dit zelf te doen dan help ik hem daarbij. Het is altijd weer een leuke wisselwerking.

Het derde onderdeel van mijn werkzaamheden is eigenlijk het zijn van politiek assistent van Alexander. Dat houdt in dat ik samen met hem het land in ga om op bezoek te gaan bij D66-afdelingen, werkbezoeken af te leggen en campagneactiviteiten uit te voeren. Ik fungeer dan als aanspreekpunt zodat hij zich kan concentreren op wat hij op dat moment moet doen.

Hard werken, of niet?
Het is druk, maar ik heb ontzettend veel plezier in m’n werk. Het klinkt als een cliché, maar het is absoluut geen 9 tot 5 baan. Ik ben altijd wel tussen de 60-70 uur per week bezig, en dat wordt richting campagnetijd alleen maar meer. Maar ik zeg dat niet omdat ik het een probleem vind, integendeel. Het trekt weliswaar een wissel op je sociale leven, maar dat heb ik er graag voor over.

Goede band met Alexander Pechtold?
Ik werk nu al zo’n zeven jaar met Alexander, dus we kennen elkaar door en door. Dat is ook handig, bijvoorbeeld als ik een speech voor hem aan het schrijven ben. Ik heb zijn stem dan als het ware in m’n hoofd om te checken of het überhaupt wel goed zal klinken. Je moet elkaar ook goed kennen om op elkaar ingespeeld te zijn, maar tegelijkertijd houd je wel een professionele distantie. Als ik iets aanlever wat hem niet bevalt, dan moet hij dat kunnen zeggen. Net zoals ik dat moet kunnen doen als ik vind dat hij bij een interview niet scherp genoeg was. Tegelijkertijd is het wel noodzakelijk dat we een goede persoonlijke band houden.

Veranderen je werkzaamheden nu de verkiezingen dichterbij komen?
De balans in mijn werk verschuift zeker. Ik zit ook in het campagne kernteam van D66 onder leiding van Tweede Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma. Dus alleen al qua aantal uren ben je meer bezig met de verkiezingen die eraan komen, dan met het werk hier in de Kamer. Dat kan ook makkelijk omdat de Kameragenda minder gevuld raakt. Het kabinet is uitgeregeerd, dus het aantal debatten droogt op. Je kunt het aantal uren overigens nooit helemaal tegen elkaar wegstrepen. Aan grote politieke onderwerpen, die nog wel in de Kamer spelen, zoals het Oekraïnereferendum of de ‘voltooid-leven-kwestie’ besteden we veel aandacht.

Hoe gaat dat dan eigenlijk in zijn werk, zo’n verkiezingscampagne?
Onze campagneleider Sjoerd Sjoerdsma is al ver voor de zomer begonnen met de voorbereidingen. Hij is toen al gaan nadenken over wie hij nodig heeft in zijn team. Het campagneteam bestaat uit tien mensen. Door hen wordt gediscussieerd over bijvoorbeeld de strategie en de campagnefinanciering.

Waar we ook al voor de zomer mee begonnen zijn, is het klaarstomen van de lokale D66-afdelingen. Wij hechten veel belang aan een campagne op de grond. Eén-op-één contact met mensen is nog altijd de meest overtuigende manier om mensen voor je te winnen. Het is tevens de meest tijdrovende manier, maar het effect is groot. Vanuit het campagnekernteam worden lokale en regionale coördinatoren aangestuurd. De coördinatoren mobiliseren dan leden uit hun regio. Op die manier kan iedereen een bijdrage leveren aan de verkiezingscampagne. Wij voeden hen met onze boodschap en wat wij willen, maar zij voeden ons ook met informatie over wat er speelt op lokaal en regionaal niveau. De Jonge Democraten zijn ook altijd van harte bereid om mee te doen met campagnevoeren. Soms met controversiële acties, maar dat is ook eigen aan het karakter van een politieke  jongerenorganisatie.

Voor en na de zomer hebben we een aantal keren een kiezersonderzoek gedaan om te kijken wat onze kiezers verwachten, wat de belangrijke onderwerpen zijn en wat onze stevige punten zijn.

Pas na de kerst gaan we bezig met day-to-day campagnevoeren. Er zijn dan natuurlijk ontzettend veel debatten. Niet alleen de grote televisiedebatten waar Alexander aan mee doet en die de nodige voorbereiding kosten, maar ook vele debatten op bijvoorbeeld universiteiten, bij studentenverenigingen en bij ondernemersverenigingen. Je moet dan per evenement bekijken welke kandidaat-Kamerlid daar het beste past.

De laatste weken gaat het allemaal veel gedetailleerder. Dan gaat de campagnebus van D66 rijden, wat veel organisatie en afstemming vergt. Ook worden de flyers, posters, abri’s op de stations en ander materiaal ingezet. Dat zijn uiteraard zaken waar we nu, in november, ons al op voor moeten bereiden.

De laatste twee weken kijken we ook naar actuele kansen, reageren we op aanvallen en proberen we indien nodig en mogelijk nog last-minute campagneplannen bij te stellen. Het is dan veel meer per dag kijken wat er moet gebeuren. Er is dan minder tijd om de lange lijnen uit te werken.

”Ga stemmen zou ik zeggen. De grote les van de Brexit-campagne in Engeland is dat als er evenveel jongeren op waren komen dagen als ouderen, er een hele andere uitslag geweest zou zijn.”

Denk je dat de verkiezingen in de VS nog van invloed zullen zijn op die van Nederland?
Absoluut! Dat zal moeilijk één op één te meten zijn op 15 maart, maar ik denk zeker dat de strijd tussen de populist Trump en de ervaren democraat Hillary van invloed zal zijn op onze campagne. In Nederland heb je natuurlijk Wilders als populist, en hoewel je hem niet helemaal kan vergelijken met Trump, zijn er zeker raakvlakken. Wilders identificeert zich ook met Trump, zeker nu Trump gewonnen heeft, probeert hij op dat sentiment mee te varen. En Wilders staat in Nederland hoog in peilingen. De vraag is wie het alternatief wordt. Wij hebben met Pechtold een hele interessante kandidaat. Hij vecht al zo’n tien jaar tegen Wilders en zijn standpunten en is daar heel lang de enige in geweest. In die zin zijn er wel parallellen tussen de Amerikaanse verkiezingen en de verkiezingen in Nederland.

Na de winst van Trump merkten we bij veel mensen in Nederland een schokeffect. Ze hadden dit niet verwacht. In de dagen na de Amerikaanse verkiezingen meldden zich spontaan vele nieuwe leden bij D66. Die mensen zeiden: ‘Voor mij is grens bereikt, dit wil ik straks in Nederland niet.’ Wij hebben toen vanuit D66 ook een advertentie laten zetten in alle kranten en online met de oproep om je uit te spreken tegen het populisme en vóór de optimistische boodschap van D66. Honderden mensen hebben daar gehoor aan gegeven en zijn in die dagen lid geworden van D66.

Hoe gaat D66 het doen?
Ik verwacht dat D66 gaat winnen. We staan er momenteel goed voor in de peilingen, met zo’n zeventien à achttien zetels. Dat is een winst van 50% en daar willen we nog wel een aantal zetels bij winnen. Het is altijd moeilijk om een exact getal te noemen. We gaan hoe dan ook vol voor de winst, maar het kan nog alle kanten op gaan. De dynamiek van een campagne kan behoorlijke invloed hebben op de resultaten. We staan goed voorgesorteerd, maar we moeten dat nog wel verzilveren. Dat is keihard werken.

D66 is de afgelopen jaren enorm gegroeid. Bij de Europese verkiezingen stemden voor het eerst de meeste Nederlanders op D66. Hier in de stad Groningen zijn we sinds de Gemeenteraadsverkiezingen van 2014 ook de grootste partij, uniek voor een ‘rode’ stad als Groningen. Als je het vergelijkt met tien jaar geleden zijn we steeds steviger geworteld geraakt in de samenleving. Toen ik in 2008 stageliep bij de Tweede Kamer hadden we nog geen tienduizend leden als partij. Nu hebben we er meer dan vijfentwintigduizend.

Wat maakt D66 dan zo uniek?
D66 is een progressieve middenpartij. Mensen herkennen ons als de partij voor het onderwijs, voor Europa, voor individuele vrijheden en tegen het populisme van Wilders. Met de populisten op rechts, de PVV, en de populisten op links, de SP, en partijen als de VVD en het CDA die tegen de flanken aanschurken is er behoefte aan een partij in het politieke midden om die partijen de verbinden. Je zult zien dat na de verkiezingen een groot aantal partijen nodig is om coalitie te vormen. Alexander heeft de afgelopen jaren met D66 bewezen, met het sluiten van bijvoorbeeld het Lenteakkoord in 2012 en het Herfstakkoord in 2013, dat we partijen bij elkaar kunnen brengen. Dus daar zie ik in het politieke middenveld de mogelijkheid. Tegen de rechtenstudent zou ik zeggen: wees welkom bij de partij voor de rechtstaat en de partij van het onderwijs.

Wat is het belangrijkste advies dat je ons mee wil geven?
Ga stemmen zou ik zeggen. De grote les van de Brexit-campagne in Engeland is dat als er evenveel jongeren op waren komen dagen als ouderen, er een hele andere uitslag geweest zou zijn. En hetzelfde zag je bij de verkiezingen in de VS. Trump haalde 3 miljoen minder Republikeinen naar de stembus dan Mitt Romney vier jaar geleden, maar wist te winnen omdat Hillary 5 miljoen minder Democraten wist te motiveren te gaan stemmen dan Obama vier jaar geleden. Alles draait dus om opkomst! Jongeren komen vaak niet uit zichzelf massaal op. Mijn dringende oproep is dan ook: ga stemmen! Wat je stemt, dat moet je zelf weten – het liefst natuurlijk D66 – maar nog belangrijker vind ik dat je de moeite neemt om even naar het stemlokaal te lopen. Als student is het echt mogelijk om het verschil te kunnen maken.

Djoe Kuils

Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Facebook

LinkedIn

Contact

Verstuur

Aanmelden

Meld aan