Briefstemmen: Legitiem of discriminerend?

Lees verder

De Tweede Kamerverkiezingen op 17 maart 2021 zullen waarschijnlijk de geschiedenis ingaan als één van de meest memorabele verkiezingen van de 21e eeuw. Corona dwong de deelnemende partijen een nieuwe vorm van campagnevoeren te bedenken. Veel campagnes werden vervolgens grotendeels digitaal gevoerd en vanwege de geringe mogelijkheid tot fysiek contact met de potentiële kiezers kwam extra nadruk op de televisiedebatten te liggen. In plaats van één verkiezingsdag, waren de verkiezingen nu uitgesmeerd over drie dagen en konden ouderen van 70 jaar en ouder per brief stemmen. Deze mogelijkheid om per brief te stemmen kwam nog even onder druk te staan door de Partij voor de Dieren die vond dat deze mogelijkheid voor iedereen opengesteld zou moeten worden.

Tijdelijke Wet Verkiezingen Covid-19
In het najaar van 2020 werd de Tijdelijke Wet verkiezingen covid-19 naar de Tweede Kamer (hierna: Tijdelijke wet) gestuurd ter beoordeling. Deze wet werd met het oog op de Tweede Kamerverkiezingen ontworpen vanwege het feit dat men vanwege de corona-pandemie vond dat er extra mogelijkheden zouden moeten komen voor de kwetsbaren van de samenleving, zodat zij hun stemrecht zouden kunnen uitoefenen.1 Deze Tijdelijke wet is op 17 december 2020 door de Tweede Kamer aangenomen en vervolgens op 26 januari 2021 door de Eerste Kamer.2

In de Tijdelijke wet zijn maatregelen opgenomen die het mogelijk maken voor de kwetsbaren om hun stemrecht uit te oefenen. Kiezers van 70 jaar en ouder kunnen als ze dat willen per brief stemmen. Het mogelijk maken van het vervroegd stemmen in een stemlokaal en de mogelijkheid om bij volmacht te stemmen uit te breiden van twee naar drie volmachtsstemmen per persoon moet filevorming bij het stemlokaal voorkomen.3 Volgens de verantwoordelijke minister van Binnenlandse Zaken, Kajsa Ollongren, is de keuze het briefstemmen alleen open te stellen voor kiezers van 70 jaar en ouder gebaseerd op twee redenen.4 Ten eerste omdat deze groep minder mogelijkheden heeft om terug te vallen op familie en vrienden en ten tweede omdat zij volgens het RIVM generiek kwetsbaarder zijn voor het coronavirus.5

Motie briefstemmen verworpen
De Partij voor de Dieren (hierna: PvdD) vond dit ongeoorloofde discriminatie, omdat er een grotere groep kiezers is die in de huidige corona-pandemie liever per brief wil stemmen.6 Op 3 november heeft het kamerlid Peter Nicolaï hierover een motie ingediend bij de Eerste Kamer waarin de regering werd verzocht om het briefstemmen voor iedereen die dat wil open te stellen.7 De partij was van mening dat de grens in de Tijdelijke wet vanaf 70 jaar in strijd was met het gelijkheidsbeginsel.8 Deze motie is uiteindelijk verworpen.9

‘Bevel tot wetgeving door de rechter ondermijnt de trias politica in Nederland’

Naast het indienen van de motie heeft de PvdD ook geprobeerd om via de rechter het breder openstellen van het briefstemmen te realiseren. In een kort geding bij de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag heeft de PvdD primair gevorderd om de ongelijkheid tussen de kiesgerechtigden vanaf 70 jaar en jonger dan 70 jaar op te heffen en subsidiair om de ongelijkheid tussen de risicogroep van kiesgerechtigden vanaf 70 jaar en de risicogroep van kiesgerechtigden onder de 70 jaar met onderliggende ziekte op te heffen.10 De PvdD beargumenteerde dat het briefstemmen in de huidige vorm in strijd was met de Kieswet en tevens tot discriminatie leidt. Volgens de PvdD is de Tijdelijke wet in strijd met de Kieswet, doordat het kiesrecht een mensenrecht is dat door de overheid dient te worden gegarandeerd. Daarnaast is er sprake van een strijd met het discriminatieverbod, doordat het RIVM niet alleen de 70-plussers tot de risicogroep rekent, maar tevens de mensen van onder de 70 jaar met ‘onderliggende ziektes’. Doordat de regering hier wel een onderscheid in maakt, is er volgens de PvdD sprake van een strijdigheid met het discriminatieverbod van art. 14 EVRM.11

Waterpakt-arrest speelt mee
De voorzieningenrechter oordeelde over de primaire en subsidiaire vordering van de PvdD dat in feite een aanpassing van de Tijdelijke Wet wordt gevorderd. Hierover acht de voorzieningenrechter zich niet bevoegd om tot een oordeel te komen doordat anders de rechtsprekende macht een bevel tot het maken van wetgeving aan de wetgevende macht geeft.12 Indien de voorzieningenrechter wel een bevel zou geven tot het maken van wetgeving dan zou dat ingaan tegen het Waterpakt-arrest van de Hoge Raad.13 In dit arrest is beslist dat het niet geoorloofd is voor de Nederlandse rechter om een bevel tot wetgeving te geven aan de Staat. Dit zou in feite de trias politica in Nederland ondermijnen.

Verder oordeelde de voorzieningenrechter dat de Staat gerechtvaardigd onderscheid heeft gemaakt bij het openstellen van briefstemmen.14 De voorzieningenrechter vindt het onderscheid rechtvaardig doordat de groep kiesgerechtigden jonger dan 70 jaar met onderliggende ziektes moeilijker te identificeren is.15 Voor deze groep kiezers heeft de Staat diverse maatregelen getroffen (zoals stemmen over meerdere dagen en uitbreiding van volmachtsstemmen) waardoor de voorzieningenrechter van mening is dat het ‘actief kiesrecht onaangetast is gebleven’.16

Conclusie: briefstemmen is legitiem
Het briefstemmen, zoals dat geregeld is in de Tijdelijke Wet Covid-19, is al met al als legitiem beoordeeld door de voorzieningenrechter. De PvdD wilde de mogelijkheid tot het briefstemmen verruimen, maar de voorzieningenrechter ging hier niet in mee doordat deze de lijn uit het Waterpakt-arrest heeft gevolgd. Of het briefstemmen uiteindelijk ook bij toekomstige verkiezingen, waar een covid-pandemie geen rol speelt, zal worden toegepast, zal in de toekomst moeten blijken. Wat wel zeker is, is dat het ook in dat geval door de wetgever zal moeten worden geregeld.

Jelmer Hoekstra

Voetnoten

1. Brief Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties van 30 oktober 2020, www.rijksoverheid.nl, p. 1.

2. Rb. Den Haag 19 februari 2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:1305.

3. Nieuwsbrief 7 Tweede Kamerverkiezingen 17 maart 2021 van 30 oktober 2020, www.rijksoverheid.nl, p.1.

4. Brief Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties van 30 oktober 2020, www.rijksoverheid.nl, p. 2.

5. ‘Risicogroepen en COVID-19’, www.rivm.nl.

6. ‘Kort geding tegen de Staat: ‘Maak brief­stemmen mogelijk voor iedere kiezer’’, www.partijvoordedieren.nl.

7. Kamerstukken I, 2020/21, 35590, F.

8. ‘Tijdelijke wet verkiezingen covid-19 in werking getreden’, www.covid19.sdu.nl.

9. Kamerstukken II, 2020/21, 35654, J.

10. Rb. Den Haag 19 februari 2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:1305, r.o. 3.1.

11. Rb. Den Haag 19 februari 2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:1305, r.o. 3.2.

12. Rb. Den Haag 19 februari 2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:1305, r.o. 4.1.

13. HR 21 maart 2003, ECLI:NL:HR:2003:AE8462.

14. ‘Kabinet mag briefstemmen beperkt houden tot 70-plussers’, Parool 19 februari 2021.

15. ‘Briefstemmen blijft alleen voor 70-plussers’, Volkskrant 19 februari 2021.

16. Rb. Den Haag 19 februari 2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:1305, r.o. 4.4

Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Facebook

LinkedIn

Contact

Verstuur

Aanmelden

Meld aan