Paul Otto kent het reisrecht als geen ander. Hij is een van de weinige experts in Nederland op dit gebied. Frappant, als je eraan denkt dat vorig jaar 83 procent van de Nederlanders op vakantie is geweest en dit allemaal vast niet rooskleurig is verlopen. Wij stellen onze prangende vragen aan de expert.
Reisorganisaties zijn er tegenwoordig in vele soorten en maten. De Richtlijn betreffende pakketreizen en gekoppelde reisarrangementen is omgezet in Titel 7a van Boek 7 en geldt voor reizen geboekt vanaf 1 juli 2018. Als sprake is van een pakketreis, wordt het contract beheerst door veel dwingendrechtelijke bepalingen waar enkel ten gunste van de reiziger van mag worden afgeweken. Een belangrijk deel van de werkzaamheden van meneer Otto is het beoordelen of er sprake is van een pakketreis of gekoppeld reisarrangement. Daarnaast moet hij bepalen of zijn cliënt als organisator in de zin van de Richtlijn kan worden aangemerkt. Dit is van groot belang gezien de bescherming die de reiziger krijgt en de verplichtingen die de reisorganisatie heeft op grond van de wet.
Ik ben drie jaar geleden een niche-advieskantoor begonnen gericht op de reis- en recreatiebranche onder de naam Kompas Juristen. Daarvoor heb ik vijf jaar in het management van een reisorganisatie gewerkt en zag ik dat er een grote behoefte was aan branche-specifiek juridisch advies. De meeste advocaten hebben weinig affiniteit met het reisrecht en de werkwijze in de branche. Mijn cliënten zijn Nederlandse en buitenlandse reisorganisaties, hotels, reisagenten, recreatieparken, buitensportbedrijven, brancheverenigingen, garantiefondsen, overheden en soms ook reizigers.
Bij voorkeur ondersteun ik ondernemers om op voorhand de juridische risico’s te inventariseren en te beheren. Dat zal doorgaansbestaan uit het kwalificeren van de werkwijze, het inrichten van het boekingsproces, het opstellen van de algemene voorwaarden, het adviseren over inkoopafspraken, het beoordelen van de verzekeringen en het helpen te voldoen aan privacy- en informatieverplichtingen. Bij ongevallen die gerelateerd zijn aan reizen of recreatie kunnen ondernemers en particulieren bij Kompas Juristen terecht. Denk aan een ongeval tijdens een actief bedrijfsuitje, het parachutespringen, het skiën of een ongeval in het hotel. Door de aanwezige specialistische kennis is het mogelijk om de achterliggende oorzaken van een ongeval in samenwerking met vakexperts goed in kaart te brengen. Vervolgens kan worden beoordeeld of er een norm is geschonden waarvoor iemand anders dan de benadeelde aansprakelijk is. Is dat het geval dan wordt het letselschadetraject opgestart.
Wat betreft privacy is er de afgelopen twee jaar door veel organisaties achterstallig onderhoud gepleegd. Ik verwacht dat er net zoals in veel branches nog veel winst te behalen valt. De meeste organisaties hebben al een privacyverklaring, maar de echte relevante verandering zit hem mijns inziens in drie aspecten. Zo moeten organisaties niet meer persoonsgegevens vergaren dan nodig, zich beter beveiligen zowel organisatorisch als technisch en persoonsgegevens niet langer bewaren dan nodig. Focuspunten in de reis- en recreatiebranche zijn mijns inziens de correcte omgang met medische gegevens van reizigers (allergieën, doorgegeven medicijngebruik of andere medische behoeften) en de digitale kopieën van het paspoort. Deze worden namelijk vaak nog verwerkt bij de aanvraag van een visum of bij de aanvraag van een vervoersbewijs waarbij een kopie van het paspoort is voorgeschreven.
Het mailen van klanten voor een aanbod van eigen diensten van de onderneming is toegestaan volgens de geldende wetgeving en vormt geen probleem in de branche. In de desbetreffende mails moet een opt-out worden gegeven, zodat de klant zich kan uitschrijven.
De reisorganisator kan zijn aansprakelijkheid slechts zeer beperkt uitsluiten. In het bijzonder bij letselschade is dit niet verder mogelijk dan enkele verdragsrechtelijk toegestane beperkingen. Het is dus van cruciaal belang dat een reisorganisatie zich goed verzekert en zo vaak als mogelijk met professionele leveranciers samenwerkt. Op de reisorganisatie rust geen risicoaansprakelijkheid, maar wel een vergaande verantwoordelijkheid: indien de reis niet goed is uitgevoerd, dient de organisator de ontstane schade te vergoeden, tenzij de organisator aantoont dat de non-conformiteit hem niet valt toe te rekenen. De non-conformiteit moet dan kunnen worden toegerekend aan de reiziger, een niet bij de reisdienst betrokken derde of onvermijdbare buitengewone omstandigheden. De reisorganisator wordt verder enigszins tegemoetgekomen doordat de verjaringstermijn voor de aansprakelijk is beperkt tot twee jaar in plaats van vijf jaar.
De organisator van de pakketreis is verantwoordelijk voor de goede uitvoer van de pakketreis. Reizigers hebben voorafgaand aan de reis en nadat de reis is aangevangen veel rechten. Als een reisdienst niet kan worden uitgevoerd, is het van belang of er sprake is van overmacht of niet. Er wordt bij ‘onvermijdbare en buitengewone omstandigheden’ gesproken van overmacht.
Als een reisdienst niet kan worden uitgevoerd vanwege overmacht, heeft de reiziger recht op restitutie van een proportioneel deel van de reissom. De reiziger heeft in dat geval geen recht op verdere schadevergoeding of gederfd reisgenot. De reiziger heeft wel recht op schadevergoeding als een reisdienst niet kan worden uitgevoerd en er geen sprake is van overmacht. Is de reis reeds aangevangen en is het vervoer in de pakketreis inbegrepen dan kunnen er ook repatriëringsplichten ontstaan. Of er in specifieke gevallen sprake is van overmacht is voer voor juridische discussie. Bij die discussie kan mede worden teruggevallen op de jurisprudentie met betrekking tot het overmachtsbegrip uit de Verordening (EG/261/2004) betreffende rechten bij vluchtvertraging, annulering en instapweigering.
Er zijn meerdere zaken die mij zeer sterk bijblijven. Dat zijn alle zaken waarbij sprake is van ernstig letsel of overlijden en bovendien de eventuele aansprakelijkheid vaak geen gegeven is. In die situaties komen veel juridische aspecten samen, waardoor je het verschil voor je cliënt kan uitmaken. Denk aan de ongecontroleerde val van een lift in het hotel, een val van een kameel, een lawineongeval, een ongeval met een speedboot en funtube of een ongeval tijdens een actief spel in het kader van een bedrijfsuitje.
Voor de studie- en studentenverenigingen (en de besturen daarvan) geef ik als tip mee dat ook zij dienen te beoordelen of ze met hun binnenlands en buitenlands reisaanbod onder de pakketreiswetgeving vallen. De pakketreiswetgeving kent namelijk enkel een uitzondering indien de vereniging, zonder winstoogmerk, voor een beperkte groep personen én ‘incidenteel’ reizen organiseert. Dit zijn cumulatieve voorwaarden.
Een goede reisverzekering is de belangrijkste tip voor de student, naast de evidente voorbereidingen zoals inentingen en het controleren van het reisadvies van ons ministerie van Buitenlandse Zaken. De reislustige student wil ik vooral aanmoedigen om tijdens het reizen te luisteren naar zijn of haar onderbuikgevoel. Als je onderbuikgevoel zegt dat een situatie niet veilig is, dan kan je er doorgaans van op aan dat dit klopt. Dat betekent niet dat het risico zich verwezenlijkt, maar wel dat je een verhoogd risico loopt als je de situatie niet verandert. Daartegenover staat dat een beetje risico en vreemde en onvoorspelbare situaties voor de meeste reizigers juist bijdraagt aan het reisplezier. De balans is van belang. In vakjargon zeggen we: “Zorg niet voor risicovermijding, maar voor risicomanagement”.