De Nederlandse economie draait op volle toeren. Met belangrijke gevolgen: uitbreiding van de luchthaven Schiphol, aanleg van grote spoorwegen zoals de HSL en steeds meer nieuwe snelwegen. Allemaal om te zorgen dat wij sneller op onze plaats van bestemming komen.
Een verbeterde infrastructuur klinkt positief, maar deze grote projecten van de overheid hebben niet alleen maar voordelen. Jaarlijks lijden duizenden mensen schade door de hinder die deze grote projecten veroorzaken.
Een van die ingrijpende projecten is de aanleg van het nieuwe vliegveld ‘Lelystad Airport’. Afgelopen zomer leek het akelig stil rondom de opening, maar achter de schermen is veel gebeurd. Men is druk bezig om te zorgen dat de vakantieluchthaven in 2020 open kan gaan. Maar wat betekent dat nu voor de omwonenden?
Binnen het recht hebben zich al vaker problemen voorgedaan omtrent luchthavens. In 2010 deed de Afdeling een interessante uitspraak in een ‘Schiphol-zaak’ over de te hanteren criteria bij nadeelcompensatie van voorzienbaarheid en normaal maatschappelijk risico. In 2017 waren er grote problemen door het toegenomen aantal vliegtuigen en de ruimere vliegtijden bij Eindhoven Airport.
Nu is Lelystad Airport aan de beurt. Hoewel de luchthaven nog niet is geopend maken vele mensen zich al druk om de schade die zij door het toenemende geluid zullen gaan lijden. Voor deze schade willen zij een vergoeding.
Nadeelcompensatie kent verschillende juridische grondslagen. Een van die grondslagen is nadeelcompensatie op grond van een wettelijke regeling. Dat is hier het geval. Voor het oprichten van een luchthaven is een Luchthavenbesluit nodig op grond van de Wet Luchtvaart. Ingevolge art. 8.74 jo 8.31 van Wet Luchtvaart kent de minister een belanghebbende een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toe, op grond daarvan kan een verzoek tot schadevergoeding worden ingediend.
Maar laten we even teruggaan naar het begin. Hoe zit dat stelsel van nadeelcompensatie ook alweer in elkaar? In haar taakuitoefening neemt de overheid vele maatregelen en besluiten die in het algemeen belang en rechtmatig zijn genomen. Dit klinkt positief, maar burgers kunnen nadelen ondervinden door dit optreden van de overheid. In bepaalde situaties hebben zij dan ook recht op een tegemoetkoming in de schade. Deze vergoeding noemen we nadeelcompensatie. De rechtsgrondslag van deze aansprakelijkheid is het beginsel van de gelijkheid voor de openbare lasten.1 Dit stelsel is een buitenwettelijk stelsel op basis waarvan een bestuursorgaan onder voorwaarden verplicht is tot het vergoeden van de onevenredige nadelen die rechtmatig handelen veroorzaakt bij derden. Dit nadeel wordt vergoed als het buiten het normaal maatschappelijk risico valt en de benadeelde deel uitmaakt van een beperkte groep die nadelen ondervindt, terwijl een grote groep juist voordelen heeft van de overheidshandelingen.2 Hoe zit dit nu met de waardevermindering van huizen door een toename van geluidhinder, zoals bij Lelystad Airport? Zorgt de hogere geluidbelasting voor een waardevermindering van de woning of zijn er aannames dat dit niet het geval is?
Belangrijk is ook de vraag of er überhaupt wel een toename van de geluidbelasting is, in vergelijking met de voorheen bestaande situatie. Er moet dus worden gekeken naar het geldende bestemmingsplan en de maximale mogelijkheden daarvan. Uit onderzoeken en verschillende geluidsmetingen voor Lelystad Airport blijkt duidelijk dat er wel degelijk een grote toename van geluid zal zijn.3
Een groot probleem van nadeelcompensatie voor de Nederlandse woningmarkt zijn de criteria ‘het normaal maatschappelijk risico’ en ‘de voorzienbaarheid’. Het normaal maatschappelijk risico gaat over een bepaald percentage van waardevermindering dat je dient te dulden. Dit percentage is een open norm en verschilt dus ook per probleem. De vaststelling van deze norm is in de eerste plaats aan het bestuursorgaan. Val je binnen het normaal maatschappelijk risico, dan is er geen recht op nadeelcompensatie. Het standaardpercentage dat op het moment wordt gehanteerd is 2%.
“Dan had je er maar niet moeten gaan wonen.”
Verder moeten de plannen van de overheid onzeker zijn geweest ten tijde van de aankoop van je huis. Als de ontwikkeling in de lijn der verwachtingen lag, had je er als koper rekening mee kunnen houden. Dit noemen we ook wel de voorzienbaarheid. Als er aanleiding was om rekening te houden met een ongunstige wijziging van de planologische situatie dan is er geen mogelijkheid of een verminderende mogelijkheid tot schadevergoeding. Voor de meeste bewoners binnen de invloedsfeer van Schiphol was geoordeeld dat ze rekening hadden moeten houden met een groei van de luchthaven. Dit geldt ook als er geen concreet zicht is op de omvang van het project en de schade die het teweeg zou brengen. Ook voor Lelystad zal een soortgelijk oordeel opgaan.
Er is wel een groot verschil tussen de zaken rondom de uitbereiding van Schiphol en de situatie in Lelystad. Men had rekening moeten houden met het feit dat Schiphol zou kunnen gaan uitbreiden. Schiphol bestond al langere tijd en een uitbreiding hiervan was voorzienbaar. In de situatie rondom Lelystad was er langere tijd geen voorzienbaarheid, van voorzienbaarheid was pas sprake toen er duidelijke plannen waren voor de ontwikkeling van de luchthaven. De bewijslast hiervan ligt echter bij de indiener en dit is geen makkelijke taak.4
Het stelsel van nadeelcompensatie gaat echter veranderen. Een nieuwe titel zal worden toegevoegd aan de Awb, om hier een wettelijk stelsel van te maken. Naast de ontwikkeling van een nieuwe algemene regeling in de Awb is er nog een andere ontwikkeling gaande, de inwerkingtreding van de Omgevingswet. De regels over nadeelcompensatie zullen daar worden vervangen door één nieuwe regeling. Een van de belangrijkste veranderingen is het voorstel om een vast forfait van 5% voor het normaal maatschappelijk risico op te nemen.5 Dit lijkt 3 procent hoger te zijn dan de 2% die nu geldt binnen het recht, volgens de regering sluit deze verhoging echter goed aan bij de gevallen uit de praktijk.6
Voor nu is het duidelijk. De bewoners die vóór de concrete plannen in de buurt van de luchthaven zijn gaan wonen hebben, afhankelijk van de individuele omstandigheden, recht op schadevergoeding. Mits zij zelf duidelijk kunnen aantonen dat ze schade lijden en dit kunnen bewijzen. Hiervoor moeten ze echter wel wachten tot de luchthaven open is en er daadwerkelijk schade is geleden, dit in verband met de bewijslast. De inwerkingtreding van de Awb en de Omgevingswet zal nog problemen gaan opleveren, maar dat is een zorg voor later. Voor nu de tip: als je gaat verhuizen, kijk eerst goed naar het planologisch regime en de toekomstplannen. Wie weet wordt er over een paar jaar een groot project gestart waardoor je op meerdere manieren hinder zal oplopen. Dat wil je toch graag voorkomen.
Hoge Raad: “Een bestuursorgaan is gehouden tot compensatie van onevenredige – buiten het maatschappelijk risico vallende en op een beperkte groep burgers of instellingen drukkende –schade als gevolg van hun op de behartiging van het openbaar belang gerichte optreden.”
Imke Smits