Verboden ingrediënten en onjuiste etiketten

Lees verder

“Chemisch gebleekt meel in óns eten”. Een titel die prijkt boven een artikel dat in juli 2017 verscheen. Het klinkt al niet gezond en dat is het dan ook niet. Chemisch gebleekt meel kan namelijk leverschade veroorzaken. Het ingrediënt is daarom verboden in de Europese Unie. Toch vonden we, tot voor kort, producten met dit ingrediënt in de Nederlandse schappen. Die producten waren geïmporteerd uit Amerika, waar het chemisch bleken van meel wel mag. Ook bleken de etiketten niet te kloppen; soms werden bepaalde allergenen niet op de juiste manier op het etiket vermeld. Gevaarlijk, want daardoor weten jij en ik niet of er bepaalde allergenen in ons eten zitten. Van Stichting Foodwatch, de “voedselwaakhond” die onderzoek deed naar voedselinformatie op geïmporteerde producten, horen we dat de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit dit had moeten voorkomen. Zijn zij eigenlijk wel verantwoordelijk voor de verboden ingrediënten in ons eten?

Strenge regelgeving niet waterdicht

Verordening (EG) nr. 178/2002, beter bekend als de General Food Law, bevat algemene regels om de voedselveiligheid te waarborgen. De verordening bevat voorschriften voor de gehele productieketen van voedsel. Daarnaast geeft het ook de juridische instrumenten om voedselveiligheidsproblemen op te lossen. Hierbij kan je denken aan het terugroepen van onveilig voedsel uit de supermarktschappen. Ook in de Warenwet en in andere verordeningen staan regels waaraan voedsel moet voldoen. Deze regels zijn opgesteld om de gezondheid van de consument te beschermen. Daarnaast zorgt de verplichte voedselinformatie ervoor dat consumenten weldoordachte keuzes kunnen maken. Vooral de gezondheids-, milieu-, economische, sociale en ethische aspecten worden door de wetgeving als belangrijk aangemerkt. Wanneer al deze verplichtingen niet zouden worden gereguleerd in de wet, zou er dus helemaal geen etiket op een product hoeven te worden geplakt.

Het gevolg daarvan zou zijn dat je als consument geen idee meer hebt wat je nu precies eet, vooral als het gaat om bewerkte producten. Voor consumenten met allergieën is dit levensgevaarlijk, aangezien er al allergische reacties kunnen optreden als een product in dezelfde ruimte wordt verwerkt als de stof die de allergische reactie veroorzaakt. Wanneer je in de wet kijkt zie je talloze verplichtingen waaraan een etiket moet voldoen. Artikel 9 van verordening nr. (EG) 1169/2011 bevat een lijst met verplichte informatie die moet worden gegeven aan de consument. De ingrediëntenlijst valt hier ook onder. Naast inhoudelijke regels moeten producenten er ook voor zorgen dat de informatie goed leesbaar is. Ze mogen de verplichte informatie niet aan de aandacht onttrekken. Zelfs de minimale grootte van de letters is voorgeschreven door de wet. De informatie die op producten staat lijkt dus vanzelfsprekend, maar is het voortbrengsel van strenge regelgeving.

Verantwoordelijkheid versus aansprakelijkheid 

Er zijn dus veel regels terzake van ingrediënten en etikettering, maar wie is er nu eigenlijk verantwoordelijk voor de uitvoering en handhaving van deze regels? In beginsel legt de General Food Law (GFL) van de Europese Commissie een zorgplicht op ondernemingen. Zij moeten zorgen dat alle onderdelen van productieproces voldoen aan de regelgeving, dus ook de etikettering. Daarnaast moeten zij ook controleren of deze voorschriften worden nageleefd. Het lijkt nogal raar om een bedrijf zichzelf te laten controleren. Het maakt het gemakkelijk om een oogje dicht te knijpen op bepaalde gebieden in het productieproces. De wetgever heeft hier toch voor gekozen omdat er wordt gesteld dat de voedselproducerende ondernemingen de (soms heel specifieke) benodigde kennis hebben om een product veilig te produceren.Echter worden de lidstaten verantwoordelijk gehouden voor de handhaving van de regels. Dit betekent dat zij maatregelen nemen wanneer het mis gaat.

Ondernemingen kunnen dus absoluut niet compleet hun eigen gang gaan. Binnen de Europese Unie is dus de exploitant onder wiens (handels)naam het product in de handel wordt gebracht verantwoordelijk voor de voedselinformatie. Wanneer het gaat om een product dat wordt geïmporteerd van een producent buiten de EU, is de invoerder verantwoordelijk. Die moet ervoor zorgen dat de producten voldoen aan de regelgeving en hierdoor bijdragen aan de voedselveiligheid. De invoerder is verantwoordelijk voor de voedselinformatie. De verantwoordelijkheid van de lidstaten staat echter niet zonder meer gelijk aan de aansprakelijkheid. Het is dus niet zo dat een lidstaat direct kan worden aangesproken voor een fout die een onderneming in het desbetreffende land maakt. In het algemeen kan worden gesteld dat de GFL een zorgplicht op ondernemingen legt op het gebied van voedselveiligheid, maar slechts een inspanningsverplichting legt op de overheid wat betreft de handhaving hiervan.

“Toch glippen producten door het vangnet heen en komen ze in de supermarkten te liggen.” 
Beperkte capaciteit NVWA veroorzaakt risico

Wat betekent dit in Nederland als het gaat om verkeerde etiketten en verboden ingrediënten? Bij ons houdt de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit toezicht op alle aspecten van de voedselproductie. Bij de import van voedsel checkt de NVWA of de levensmiddelen voldoen aan de regelgeving. Wanneer blijkt dat een levensmiddel een ernstig risico kan opleveren voor de gezondheid van de mens, mag de NVWA ingrijpen. In de wet staat dat de NVWA tijdelijk mag voorkomen dat een dergelijk product in Nederland in de handel wordt gebracht. Ook mag de NVWA speciale voorwaarden stellen aan het gebruik van het product. Elke passende tijdelijke maatregel is hierbij toegestaan. Hieruit blijkt dat de NVWA een grote vrijheid heeft bij het vervullen van haar taak.Toch blijkt de aanpak niet waterdicht te zijn, zowel bij de ingrediënten als bij de voedselinformatie. De NVWA heeft beperkte capaciteit en daarom zal het nooit mogelijk zijn om alle voedingsmiddelen op samenstelling en etiketten te controleren. De NVWA houdt risicogericht toezicht, dus de producten waar de grootste kans bestaat op gevaar voor gezondheid worden het meest intensief in de gaten gehouden.

Wie is de zondebok?

De Europese en Nederlandse wetgeving is rijk aan voorschriften over voedselveiligheid. In Nederland probeert de NVWA de veiligheid te bewaken van voedsel- en consumentenproducten, de gezondheid van dieren en planten, het dierenwelzijn en handhaaft zij de natuurwetgeving. Een loodzware taak dus. Toch glippen producten door het vangnet heen en komen ze in de supermarkten te liggen. De eindverantwoordelijkheid voor voedselveiligheid ligt echter niet bij de NVWA. Ja, zij moeten misschien beter toezicht houden, maar de producenten en importeurs zijn degenen die we als eersten moeten aanwijzen als zondebok voor gebrekkige, gevaarlijke en onjuiste voedselinformatie.

Emelie Wesselink

Voetnoten

1. Prof. dr. mr. B.M.J. van der Meulen, Verantwoordelijkheid voor voedselveiligheid, O&A 2012/34

2. Art. 53 Verordening (EG) nr. 178/2002

Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Facebook

LinkedIn

Contact

Verstuur

Aanmelden

Meld aan