Zo is juryrechtspraak bij strafprocessen in de VS georganiseerd

Lees verder

In de Verenigde Staten werkt men bij het beoordelen van de (on)schuldigheid van verdachte in een strafproces met een jury. Zij zullen uiteindelijk de prangende vraag beantwoorden: guilty or not guilty? In dit artikel lees je hoe juryrechtspraak werkt, op welk rechtssysteem dit gebaseerd is en er komen een aantal beroemde zaken aan bod!

In de Verenigde Staten (hierna: VS) kent men een hele andere invulling van het strafproces dan in Nederland. Interessant aan strafzaken in de VS is dat een jury van twaalf gewone burgers zich in eerste aanleg moet uitlaten over de (on)schuldigheid van de verdachte. Bekende strafzaken in de VS kunnen veel publiciteit en commotie met zich meebrengen. Sommige zijn zelfs zo bekend en controversieel, dat er complete misdaadseries aan gewijd worden, zoals de serie The People vs. O.J. Simpson van American Crime Story. Zowel in de zaak van O.J. Simpson, als in bijna alle strafzaken in de VS, speelt de jury een enorm belangrijke rol omdat zij het definitieve oordeel over het lot van de verdachte zullen vellen. Is indruk maken op de jury in Amerika dan de gouden troef?

Rechtssysteem gebaseerd op common law
Het rechtssysteem in de VS is gebaseerd op ‘common law’. Kortgezegd wordt bij het ‘common law’ systeem vooral uitgegaan van eerdere uitspraken van rechters. Er wordt in dit systeem dus nadruk gelegd op de jurisprudentie, in tegenstelling tot ‘civil law’, waar juist de nadruk ligt op heersende wet- en regelgeving. Bij het systeem van ‘civil law’ komt interpretatie van de rechter in de vorm van jurisprudentie pas in beeld daar waar de wetten of regels onduidelijk zijn.

In Amerika is voorts sprake van een parallel rechtssysteem. Er zijn namelijk een federaal rechtssysteem en je hebt een statelijk rechtssysteem.  Hierdoor zijn er dus ook ‘federal crimes’ en ‘state crimes’.1 Beide rechtssystemen hebben eigen statuten, regels, procedures en grondwetten. Voor een strafprocedure moet dus ook het verschil tussen statelijk en federaalrecht in acht genomen worden.

Zo werkt juryrechtspraak
Zoals hierboven al even benoemd werd bestaat een jury uit twaalf leken. Dit houdt in dat in feite alle meerderjarige Amerikanen opgeroepen kunnen worden om deel te nemen aan een jury. Deze oproeping in de VS wordt ook wel de juryplicht genoemd. Het weigeren of geen gehoor geven aan deze oproep wordt beschouwd als minachting van het hof en kan derhalve worden bestraft.

Echter, er dient een kleine kanttekening geplaatst te worden bij de uitspraak dat iedere willekeurige Amerikaan als jurylid mag fungeren. Voorafgaand aan een zaak wordt naar alle leden van de jury een soort achtergrondonderzoek gestart. Dit wordt ook wel de ‘voire dire’ genoemd. Tijdens deze ondervraging kunnen advocaten van beide partijen in de zaak leden van de jury wraken. Een wraking kan gebaseerd worden op vooringenomenheid van het lid op grond van een politieke voorkeur of levensovertuiging. Ook kan een jurylid worden gewraakt omdat deze een overduidelijke vooringenomenheid heeft over het toepassen van bepaalde straffen. Indien een opgeroepen burger tegenstander is van de doodstraf, kan deze niet als jurylid fungeren in een zaak waar de doodstraf opgelegd kan worden. In zo’n geval is het risico te groot dat een oordeel zal worden gegeven dat niet gebaseerd is op de (on)schuldigheid van de verdachte, maar op een persoonlijke mening over het toepassen van bepaalde straffen. Daarnaast kunnen leden geëxcuseerd worden op grond van een medische verklaring van een dokter, die bewijst dat de mentale of lichamelijke conditie van de persoon in kwestie ervoor zorgt dat hij of zij geen gehoor kan geven aan de juryplicht. Ook mogen personen die kunnen aantonen dat het deelnemen aan de jury leidt tot buitensporige en extreme fysieke of financiële ontberingen, de plicht rechtmatig weigeren.2 Tot slot mogen personen die een grote interesse in de zaak hebben niet deelnemen en ook vrienden of familie van de verdachte mogen niet als jurylid fungeren.

In het proces dient de jury vervolgens een beslissing te maken of de verdachte zich schuldig of onschuldig heeft gemaakt aan het feit waarvoor hij door de openbare aanklager wordt vervolgd. De rechter heeft geen invloed op de beslissing van de jury, maar moet zorgdragen voor een goed verloop van het proces.3 Opmerkelijk in het Amerikaanse systeem van juryrechtspraak is dat een jury alleen aanwezig is om een oordeel te geven over de strafbaarheid van de verdachte in eerste aanleg. Als een verdachte in Amerika dus in hoger beroep gaat, zal dezelfde zaak deze keer alleen behandeld worden door een professionele rechter en zonder jury.

“Het weigeren of geen gehoor geven aan deze oproep wordt beschouwd als minachting van het hof en kan derhalve worden bestraft.”

 

“Indien een opgeroepen burger tegenstander is van de doodstraf, kan deze niet als jurylid fungeren in een zaak waar de doodstraf opgelegd kan worden.”

Voor- en nadelen
Juryrechtspraak komt voort uit het ideaalbeeld dat het menselijke verstand een centrale plaats, ook in het juridisch denken, inneemt. Het stamt uit de Verlichting of de Eeuw van de Rede, een cultureel-filosofische en intellectuele stroming in de 18e eeuw.  En juist daarom zijn juryleden gewone burgers.

Juryrechtspraak waarborgt aldus een grote mate van controle door de burgerij op de rechtspraak. In Nederland is deze mate van rechtvaardiging en controle aanzienlijk minder, want burgers kunnen de rechtspraak slechts controleren als ze er zelf aan deelnemen. Dit zorgt voor verschillende meningen over het processuele systeem dat wij in Nederland hanteren. Het pleidooi van Wouter van den Bergh, voormalig rechter en vicevoorzitter van de rechtbank Amsterdam, dat gaat over het idee dat leken heel goed recht kunnen spreken, is hier een goed voorbeeld van.4

Juryrechtspraak kan de kwaliteit van het proces bevorderen. Om ervoor te zorgen dat de leden van de jury een goed beeld krijgen van het bewijs, worden de bewijsvoering en getuigenondervraging tijdens de zitting uitvoerig behandeld. De zaak kan hierdoor weliswaar langer duren, maar de kwaliteit van de beoordeling van de middelen ligt erg hoog. In Nederland wordt hier tijdens de hoorzitting nog amper tijd aan besteed omdat dit allemaal plaats vindt in het vooronderzoek.5

Tot slot is uit onderzoek gebleken dat leken niet zwaarder of lichter straffen dan professionele rechters. Het argument dat leken geen gevoel voor straftoemeting hebben is dan ook wetenschappelijk gezien niet juist.6

Beroemde zaken
O.J. Simpson werd vervolgd voor een dubbele moord op zijn ex vrouw Nicole Brown en haar vriend Ron Goldman. De bewijsmiddelen die naar voren waren gebracht wezen in veel richtingen op schuldigheid van Simpson aan de twee moorden. Desondanks was het oordeel van de jury: ‘not guilty’. In het licht van alle bewijsmiddelen die zijn gevonden hadden veel mensen twijfels bij de beslissing van de jury. Dit geeft aan dat juryrechtspraak niet altijd leidt tot een uitspraak die past bij de heersende publieke opinie van het volk.

In een andere zaak werden de beschuldigingen tegen technologie-investeringsbankier Robert Quattro ingetrokken vanwege een ‘hang jury’. Dit houdt in dat de zittende jury het niet met elkaar eens kan worden over een oordeel. In zo’n geval kan de rechter tot een aantal keer toestaan dat de jury opnieuw in overleg mag treden. Komt er uiteindelijk geen eenstemmig oordeel, dan spreekt de rechter van een ‘nietig geding’. Er kan dan geen veroordeling van de verdachte plaatsvinden. Dit was ook in het geval in de eerste zaak tegen Robert Quattro.7 Hier blijkt dat het in sommige gevallen beter zou zijn als er op cruciale punten bij juryrechtspraak ingegrepen kan worden door bijvoorbeeld een rechter.

“Juryrechtspraak waarborgt aldus een grote mate van controle door de burgerij op de rechtspraak.”

                                                                                                                                                         

Britt Imholz

Voetnoten

1. Nockelby e.a. 2013, par. 1.2.

2. Paine, Tennessee Bar Journal 2008, p. 32 & 33.

3. Prakken & Pronken 2009, par. 22.3.3.

4. H. Koch, ’Leken kunnen heel goed rechtspreken’, Trouw 22 oktober 2013.

5. P.J.A. De Hert, ‘Jury en leken in Nederland: een identiteitsonderzoek, NJB 2006/39 p. 2226-2232.

6. W.A. Wagenaar, ‘Strafrechtelijk oordelen van rechters en leken: bewijsbeslissingen, straffen en hun argumentatie’, RM 2008/2.

7. Los Angeles Times 2 juni 2006.

Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Facebook

LinkedIn

Contact

Verstuur

Aanmelden

Meld aan